Texts
(NL)
Het was in 2009. Ik had ergens een aankondiging gezien van een fotoexpo van Nele Van Canneyt. Een heel intrigerende foto stond daar op, die mijn nieuwsgierigheid had gewekt. Ik ging kijken in Galerie Inbetween op de Paardenmarkt in Antwerpen. Ik zag er beelden die in mijn geheugen bleven hangen, foto’s met sterke picturale kwaliteiten en een mysterieuze narrativiteit. Vaak mensen aanwezig in een soort architecturaal decor met verschillende lagen, doorkijken, ramen, een voor- en een achterplan. De kleuren zijn bijzonder, intens, warm.
Die voor mij tot dan toe onbekende fotografe is me bij gebleven. De foto’s zijn niet van hier. Ze heeft deze genomen op de vele reizen die ze onderneemt, op haar eentje, louter om te fotograferen. Ik kan de foto’s het beste omschrijven als scènes. Taferelen uit levens van onbekenden die meestal niet weten dat ze een rol spelen in een beeld. Elke foto is anders, de foto’s onderling vormen geen verhaal op zich maar elk beeld is een aanzet tot een 'story'. Elke foto heeft een vóór en een nà de opname dat we niet te zien krijgen. Wat Nele kiest is een stilstand in een gebeuren.
Scènes
Ik noem het scènes omdat de beelden me doen denken aan een geënsceneerd beeld, een still uit een film. We zien vaak plaatsen in de openbare ruimte, een gang, een museum, hotelkamer of de straat. Plaatsen die ook in films vaak het decor vormen voor intriges. De realiteit die we te zien krijgen is niet alledaags, alhoewel ze daar wel onderdeel van uit maakt. Dat komt vooral door het speciale licht in haar foto’s. Het kan hard zonlicht zijn met scherp afgetekende schaduwen. Het is vaak ook nachtlicht, de ruimte die slechts plaatselijk wordt verlicht met kunstlicht en die grote gedeelten van de foto in het donker blijft omhullen. In haar foto’s is vaak een zekere dreiging aanwezig, net door het speciale licht. Ook door de personages, de interactie tussen hen die nooit expliciet is maar als een voorbode van iets dat gaat gebeuren.
Een cinematografisch beeld, daar doen haar foto’s me soms aan denken. Als kind keek Nele veel naar oude zwart/wit films, de film noir waarin het licht ook zo belangrijk is. Het heeft haar kijken naar de wereld beïnvloed. Zoeken we als fotograaf niet altijd een herkenning in onze foto’s? Is elke foto niet iets wat we al in ons hoofd hadden, waar we een verlangen naar voelen, wat we - als we iets zien dat er op lijkt - niet anders kunnen dan het registreren omdat we het menen te herkennen. De realiteit is voor Nele een fictie, een gegeven waar we onze verbeelding aan toe kunnen voegen.
Japan
Voor deze tentoonstelling is ze naar Japan geweest. Ze voelde zich aangetrokken door dit land zonder precies te weten waar ze zich aan kon verwachten. Eenvoud en rust, zo dacht ze. Het bleek misschien een kouder land dan verwacht, ook al omdat ze er in de winter was. De warme tinten die ze in Amerika en Cuba vond, zijn in Japan afwezig. Veel kille ruimtes zie je er, witte tegelwanden, graniet en inox in de metro’s van Tokyo en Kyoto.
Japan is een land vol paradoxen. Ik was er zelf voor het eerst in 2005, ook in de winter. Het is een beetje overweldigend, het ziet er niet zo mooi uit als je dacht, er is veel drukte en schreeuwerigheid. Japan is vooral na de tweede wereldoorlog veranderd in een superconsumptiemaatschappij. Dat zie je het eerst als je daar landt. Nadien komt er hoe langer hoe meer het besef hoe anders de mensen er zijn, hoe anders de cultuur.
De blik van de toerist is anders dan de blik van een kunstfotograaf. De toerist kijkt in de gids en laat zich daardoor leiden. Japan kent zeer sterke stereotiepen, beelden die ook allemaal waar zijn. Oude tempels en schrijnen in futuristisch ogende steden. Mistige landschappen waar supersnelle treinen doorheen suizen. Kimono’s en geisha’s en zakenmannen in gladgestreken zwarte pakken. Uniformen. Technologie. Het is voor een Westerling een land vol paradoxen. Eigenlijk heb je jaren nodig om er een beetje van te begrijpen. De strenge gedragscodes en vormen van hiërarchie waaraan de Japanner zich gebonden weet, kunnen we als buitenstaander maar heel moelijk begrijpen, laat staan onder de knie krijgen. En dat je geen vragen mag stellen, is hoogst ongewoon voor ons. Als toerist kijk je naar het merkwaardige wat op je bord komt en vind je de supergesofisticeerde toiletten met een onleesbaar elektronisch keuzemenu hilarisch. Als kunstfotograaf zoek je je eigen beelden en die vind je niet in wat beschreven staat in de gids. Meestal loop je rond zonder specifiek doel of vind je een beeld op weg naar iets anders. "Behind the obvious", de titel van deze tentoonstelling is daarom zo juist gekozen. Het was Nele's zelfingegeven opdracht iets toe te voegen aan het beeld van Japan, iets wat we nog niet kennen, wat niet in toerististische brochures en op TV te zien is.
Voorbij het voor de hand liggende
Nele fotografeert intuïtief, ze heeft op voorhand geen specifiek programma of doel en kiest haar onderwerpen op het gevoel. Vooral de atmosfeer is daarbij bepalend. Ze praat met mensen (voor zover mogelijk) om een bepaalde sfeer of omgeving beter te kunnen aanvoelen. In Japan werd ze vooral aangetrokken door de natuur. Een natuur die in Japan vaak slechts onder strenge menselijke controle mag gedijen. Je vindt er veel parken. Wat ze daar zag was een verlaten slaapmatje. De mens die dit matje gebruikt, is een leven dat zich overdag verbergt. Ze bleef enkele keren naar het park komen. De ordelijkheid waarmee dat matje op de struiken rustte, viel haar op. Ook maakte ze een foto van de spullen die een dakloze in het park liet staan, een privéplek in een openbare ruimte. Iets wat je niet zo gauw in Japan zou verwachten. In het fotograferen van deze dingen lijkt het me alsof ze zich zelf in de plaats van de dakloze waant. Er zit een soort verlangen in naar een nomadisch bestaan, een vrijheid die ze misschien alleen op reis ervaart. Is het daarom ook dat ze dat meisje fotografeerde dat aan het picknicken is in een park? Het portret van het meisje in de metro draagt misschien ook een verlangen in zich naar haar eigen kindertijd. Deze foto van een popperig meisje blijkt in werkelijkheid een volwassen vrouw te zijn. Het schoonheidsideaal voor heel wat vrouwen in Japan is dat van een jong meisje en vrouwen doen er vaak alles aan om dit imago zo lang mogelijk te behouden. De twee meisjes in deze tentoonstelling fungeren voor mij als een soort zelfportret, ze vormen voor mij de verbinding tussen het geheel van de foto’s. We vermoeden dat zij de hoofdpersonages zijn in het door ons verder in te vullen verhaal.
Buitenkanten
De foto van een houten gevel is er een die ik onmiddellijk als heel typisch Japans herken ook al is het niet het Japan dat we van de toeristische brochures kennen. Ik was zelf de eerste keer in Japan nogal geschokt door hoe de buitenkanten van huizen en steden er uit zien. De gevels zien er vaak afzichtelijk uit, met airconditioningapparaten, alle nutsleidingen en kabels zichtbaar, in plaatmaterialen en plastiek, bestand tegen de aardbevingen. Hier zien we een façade die een heel leven lijkt weer te geven, verweerd en versleten. Ook de blinde muur met enkele kleurige vierkanten geeft het verlopen van de tijd weer maar heeft zich op de foto omgevormd tot een knappe abstracte compositie. Wij in het Westen zijn façadeliefhebbers, oude gebouwen worden opgeknapt en gerenoveerd, vooral de buitenkant moet er mooi uitzien. Japanners hebben een andere cultuur dan wij en dat is aan de zichtbare omgeving merkbaar. In Japan liggen de waarden meer in het innerlijk, en letterlijk in de binnenkant van de huizen.
Fotografie gaat altijd zowel over het afgebeelde als over de fotograaf zelf. Hier komen ook uiterlijk en innerlijk samen. Zo kijken we naar beelden van Japan doorheen de subjectieve blik van de fotograaf. Nele zoekt hier naar haar eigen beelden, degene die overeenkomen met wat ze al in haar hoofd heeft, waar ze bij kan fantaseren, die gaan over een bepaalde sfeer, gevoel. De natuur trok haar aan, al is het de geconstrueerde natuur in parken en zentuinen. Ze fotografeert deze van dichtbij zodat we de takken, aarde, mos en stenen goed kunnen waarnemen. De grond neemt het grootste deel van de foto in. Haar foto's lijken haast schilderijen en sommige doen me denken aan houtgravures van Hokusai of Hiroshige.
Een enkele foto biedt ons een blik op een landschap. Het is een stad van de levenden en een stad van de doden, een uitgestrekt kerkhof. De doden blijken in de meerderheid. Een meditatief beeld dat ons met de vergankelijkheid van het leven confronteert.
Wabi Sabi
Wabi Sabi, zouden de Japanners zeggen. Dit is een Japanse term en levensfilosofie die niet te vertalen is, maar die de waardering voor de schoonheid van het onvolmaakte inhoudt. Wabi komt van wabiruba, wat zowel staat voor hunkeren als voor eenzaamheid, verlatenheid. Vrij vertaald: het verlangen naar ongekunsteldheid, bescheidenheid, soberheid. Maar ook: de bevrijding van de dwang van de materiële wereld. Sabi staat voor de vergankelijkheid en het nostalgische gevoel dat daarmee gepaard gaat: het besef dat alles voorbijgaat. Sabi is ook de schoonheid van het verouderen en de patina die dit achterlaat op dingen. Beide woorden samen betekenen dan, in een ruime interpretatie: eenvoudig leven in een tijd die voorbijgaat en dat zonder moeite aanvaarden. Ik denk dat het mooi is om Wabi Sabi te verbinden met de foto's die Nele maakte in Japan. Er zit een groot verlangen in naar eenvoud en het onspectaculaire en een drang om de schoonheid te laten zien van het vergankelijke en het onvolmaakte.
Wat zal het vervolg zijn? Japan is een land dat zichzelf niet snel prijsgeeft. Het vraagt wel jaren om het te leren kennen, net zoals het jaren duurt om jezelf te leren kennen. Ik denk dat Nele nog wel eens zal gaan, naar Japan, in een ander seizoen misschien, zoekend naar stukjes van de puzzel die ze aan het samenstellen is.
© Karin Borghouts
11 november 2012
(ENG)
It was in 2009. I had seen an announcement somewhere of a photo expo by Nele Van Canneyt. There was a very intriguing photo on there that had piqued my curiosity.I went to see it at Galerie Inbetween on Paardenmarkt in Antwerp.There I saw images that stuck in my memory, pictures with strong pictorial qualities and a mysterious narrativity.Often people present in a kind of architectural setting with different layers, vistas, windows, a front and a back plan.The colours are special, intense, warm.
This photographer, unknown to me until then, has stayed with me. The photos are not from here. She has taken them on the many trips she undertakes, on her own, purely to photograph.I can best describe the photos as scenes.Scenes from lives of strangers who usually don't know they play a role in an image.Each photo is different, the photos themselves do not form a story in themselves but each image is an impetus for a 'story'.Each photograph has a before and an after image that we don't get to see. What Nele chooses is a standstill in an event.
Scenes
I call it scenes because the images remind me of a staged image, a still from a film. We often see places in public spaces, a corridor, a museum, hotel rooms or the street.Places that are also often the backdrop for intrigue in films.The reality we are shown is not everyday, although it is part of it.This is mainly because of the special light in her pictures.It can be harsh sunlight with sharply defined shadows.It is also often night light, the space lit only locally with artificial light that continues to envelop large areas of the photograph in darkness.A certain menace is often present in her photographs, just through the special light. Also through the characters, the interaction between them that is never explicit but as a foreshadowing of something to come.
A cinematic image, that's what her pictures sometimes remind me of.As a child, Nele watched a lot of old black-and-white films, the film noir in which light is also so important.It influenced her view of the world.As photographers, aren't we always looking for a recognition in our photos?Isn't every photograph something we already had in our minds, that we feel a longing for, that - when we see something that looks like it - we can't help but register it because we think we recognise it.For Nele, reality is a fiction, a given to which we can add our imagination.
Japan
For this exhibition, she went to Japan. She was attracted to this country without knowing exactly what to expect.Simplicity and tranquillity, she thought.It turned out to be perhaps a colder country than expected, partly because she was there in winter.The warm tones she found in America and Cuba were absent in Japan.Many chilly spaces you see there, white tiled walls, granite and stainless steel in the subways of Tokyo and Kyoto.
Japan is a country full of paradoxes.I was there myself for the first time in 2005, also in winter.It is a bit overwhelming, it does not look as beautiful as you thought, there is a lot of crowding and clamour. Japan turned into a super-consumer society especially after World War II.You see that first when you land there.Afterwards, the more you realise how different the people there are, the different the culture.
The tourist's gaze is different from that of an art photographer. The tourist looks into the guidebook and is guided by it. Japan has very strong stereotypes, images that are also all true.Ancient temples and shrines in futuristic-looking cities.Misty landscapes through which superfast trains whizz.Kimonos and geishas and businessmen in slick black suits.Uniforms. Technology.To a Westerner, it is a country full of paradoxes.In fact, it takes years to understand a bit of it.The strict codes of behaviour and forms of hierarchy to which the Japanese are bound, we outsiders find it very difficult to understand, let alone master.And not being allowed to ask questions is highly unusual for us.As a tourist, you look at the curious thing that comes on your plate and find the super-sophisticated toilets with an indecipherable electronic menu of choices hilarious. As an art photographer, you look for your own images and you don't find them in what is described in the guidebook. Usually you walk around with no specific purpose or find an image on the way to something else. "Behind the obvious", the title of this exhibition is therefore so rightly chosen. It was Nele's self-initiated mission to add something to the image of Japan, something we don't know yet, something not seen in tourist brochures and on TV.
Beyond the obvious
Nele photographs intuitively, she has no specific programme or goal beforehand and chooses her subjects by feel. The atmosphere in particular is decisive. She talks to people (as far as possible) to get a better sense of a particular atmosphere or environment.In Japan, she was particularly drawn to nature.A nature that in Japan is often allowed to thrive only under strict human control. You can find many parks there.What she saw there was an abandoned sleeping mat.The human using this mat is a life hiding during the day.She kept coming to the park several times.She was struck by the orderliness with which that mat rested on the bushes.She also took a picture of the stuff left by a homeless person in the park, a private place in a public space.Something you wouldn't easily expect in Japan.In photographing these things, it seems to me that she imagines herself in the place of the homeless person. There is a kind of longing in them for a nomadic existence, a freedom she perhaps only experiences when travelling. Is that also why she photographed that girl picnicking in a park? The portrait of the girl on the metro might also carry a longing for her own childhood. This photo of a doll-like girl actually turns out to be a grown woman.
The beauty ideal for a lot of women in Japan is that of a young girl, and women often do everything they can to maintain this image for as long as possible. For me, the two girls in this exhibition act as a kind of self-portrait, they form the connection between the whole of the photographs. We suspect that they are the main characters in the story to be filled in further by us.
Exterior
The picture of a wooden facade is one that I immediately recognise as very typically Japanese even though it is not the Japan we know from the tourist brochures.I myself was quite shocked the first time in Japan by how the exteriors of houses and cities look. The facades often look hideous, with air-conditioning units, all utility pipes and cables visible, in sheet materials and plastic, resistant to the earthquakes.Here we see a façade that seems to reflect an entire life, weathered and worn.The blind wall with a few colourful squares also reflects the passage of time but has transformed itself into a handsome abstract composition in the photograph.We in the West are façade lovers, old buildings are refurbished and renovated, especially the outside has to look nice.Japanese have a different culture from us and this is noticeable in the visible environment.In Japan, values lie more in the inner, and literally in the inside of houses.
Photography is always about both the depicted and the photographer himself. This is also where outer and inner come together. So we look at images of Japan through the photographer's subjective gaze. Here, Nele looks for her own images, the ones that correspond to what she already has in her head, that she can fantasise about, that are about a certain atmosphere, feeling. Nature attracted her, even if it is the constructed nature in parks and Zen gardens.She photographs these up close so we can clearly perceive the branches, earth, moss and stones.The ground takes up most of the photo.Her photos almost look like paintings and some remind me of wood engravings by Hokusai or Hiroshige.
A single photograph offers us a view of a landscape.It is a city of the living and a city of the dead, a vast cemetery.The dead appear to be in the majority.A meditative image that confronts us with the transience of life.
Wabi Sabi
Wabi Sabi, the Japanese would say. This is a Japanese term and philosophy of life that cannot be translated, but involves appreciating the beauty of the imperfect. Wabi comes from wabiruba, which stands for craving as well as loneliness, desolation. Freely translated: the longing for artlessness, modesty, austerity.But also: liberation from the compulsions of the material world.Sabi represents impermanence and the nostalgic feeling that accompanies it: the realisation that everything passes.Sabi is also the beauty of ageing and the patina it leaves on things. Both words together then mean, in a broad interpretation: living simply in a time that passes and accepting that without effort.I think it is nice to connect Wabi Sabi with the photographs Nele took in Japan.There is a great longing for simplicity and the unspectacular and a drive to show the beauty of the ephemeral and the imperfect.
What will the sequel be? Japan is a country that does not give itself away easily. It does take years to get to know it, just as it takes years to get to know yourself. I think Nele will go again, to Japan, in another season perhaps, searching for pieces of the puzzle she is putting together.
© Karin Borghouts
11 november 2012